8.2.11.2. Bronnen beheren

Bronnen kunnen worden

  • aangemaakt,

  • bewerkt,

  • en verwijderd.

Zo krijgt u toegang tot de beheerfunctionaliteit van bronnen:
  1. Klik op het Configuratie pictogram in de modulebalk.

  2. Klik op het Beheer pictogram in de mappenlijst.

  3. Klik op de Bronnen map onder Beheer in de mappenlijst.

Resultaat: de beheerfunctionaliteit voor bronnen worden getoond in het paneel. Het linkerdeel van het overzichtsscherm toont de bestaande bronnen en het rechterdeel de eigenschappen van de geselecteerde bron.

Zo maakt u een nieuwe bron aan:
  1. Klik op Nieuw in het tabblad Bronnen administratie. Als u het compacte paneel gebruikt klikt u op Bronnen > Nieuw.

  2. Verander de waarden in het rechterdeel van het overzichtsscherm.

  3. Typ de naam in van de bron.

  4. Voer een E-mailadres voor de bron in. Als het hulpmiddel gereserveerd is, wordt er een bevestiging naar dit E-mailadres gestuurd.

  5. Voer een beschrijving van de bron in.

  6. Klik in het paneel op Opslaan.

Resultaat: De nieuwe bron wordt getoond in het linkerdeel van het overzichtsscherm.

Zo bewerkt u een bron:
  1. Selecteer een bron in het linkerdeel van het overzichtsscherm.

  2. Verander de waarden in het rechterdeel van het overzichtsscherm.

  3. Klik in het paneel op Opslaan.

Resultaat: De gegevens zijn veranderd.

Zo verwijdert u een bron:
  1. Selecteer een bron in het linkerdeel van het overzichtsscherm.

  2. In het Bronnen tabblad klikt u op Wissen. Als u het compacte paneel gebruikt klikt u op Bronnen > Wissen.

  3. Klik u op de Ja knop als het Bron verwijderen scherm opent.

Resultaat: De bron is verwijderd.

U verlaat de bronnen module als volgt :
  • Klik op ander pictogram in de modulebalk.